SPELMATERIAAL

In de speldoos vind je 1 spelbord, 4 dobbelstenen, 3 lopers en 44 pionnen (11 per kleur).

SPELBESPREKING

Inleiding

Door het vormen van dobbelsteenparen zetten de spelers de lopers in. Daarna proberen de spelers zo snel mogelijk de lopers te verplaatsen door dezelfde paren te gooien. Je bepaalt zelf hoeveel keer je gooit. Zolang je tenminste 1 loper kunt verplaatsen mag je verder spelen. Lukt dit niet, dan verlies je alles wat je in die beurt bereikt had. Een kwestie van op tijd te stoppen!

Voorbereiding

Het spelbord wordt op tafel gelegd, elke speler krijgt de pionnen in zijn kleur. De startspeler krijgt de dobbelstenen en de 3 lopers.

Spelverloop

Het spelbord.

Het spelbord toont 11 kolommen genummerd van 2 tot en met 12. Hoe gemakkelijker een getal te gooien is, hoe groter de kolom.

Lopers inzetten en verplaatsen.

Als een speler aan de beurt is, gooit hij met 4 dobbelstenen. Daarna vormt hij 2 paren. De som van een paar bepaalt in welke kolom hij een loper moet inzetten. Gooit een speler 2 verschillende paren, dan moet hij 2 lopers inzetten.
De actieve speler mag blijven gooien zolang hij tenminste één loper kan verplaatsen. Als een loper zich reeds in een kolom bevindt, mag die niet meer in een andere kolom geplaatst worden. Je moet als speler dus steeds dezelfde paren proberen te gooien. Als dat lukt mag je de loper uit de gepaste kolom verplaatsen.

Stoppen of doorgaan?

Als een speler stopt, dan mag hij de lopers vervangen door pionnen in zijn eigen kleur. Daarna is de volgende speler aan de beurt. Plaats je in een volgende beurt een loper waar al een eigen pion staat, dan plaats je de loper een vakje verder dan het vakje waar jouw pion staat.
Stop je niet en je gooit een combinatie waardoor je geen enkele loper kan verplaatsen, dan geef je de dobbelstenen en de lopers aan de volgende speler. Jouw pionnen blijven gewoon staan.

Het einde van een kolom.

Bereik je met een loper het einde van een kolom en je stopt, dan mag je de loper vervangen door een eigen pion. Alle andere pionnen in die kolom worden van het spelbord genomen. In deze kolom kan nu niet meer gespeeld worden.

De winnaar

De eerste speler die drie kolommen bezit, wint het spel.

SPELBEOORDELING

Can ‘t stop is een heruitgave van het gelijknamige spel uit 1980. Een goede zet van Ravensburger want deze klassieker wordt in vele huiskamers op tafel gezet. De eenvoudige spelregels zijn omgekeerd evenredig met spanning en plezier en dit blijkt een gouden combinatie.
De titel omschrijft perfect het overheersende gevoel tijdens het spelen. Steeds weer wil je nog één keer gooien, en nog één keer tot je uiteindelijk met de gebakken peren zit. Het spelbegin verloopt vrij vlot omdat de gemakkelijke kolommen nog open staan. Zo kan je in één beurt letterlijk heel wat vooruitgang boeken. Naar het einde toe zijn er steeds minder kolommen beschikbaar en degene die beschikbaar zijn, bevatten dan nog de moeilijkste getallen. Je doet er dan ook goed aan op tijd te stoppen.
Can ‘t stop, de titel dekt de lading volledig. Ook het spelbord, in de vorm van een stopbord, past uitstekend bij het thema.
Can ‘t stop kan moeilijk een breinbreker genoemd worden, maar de beproeving van het geluk werkt verslavend. Je voelt de hete adem van de achtervolgers in jouw nek en daardoor wil je nog één keer gooien. Hilariteit alom als je daardoor met lege handen afdruipt. Een smaakmaker voor het hele gezin!