SPELMATERIAAL

De speldoos is gevuld met 11 prachtige schaapjes, 4 actietableaus, 48 wolfiches en 4 scorepionnen in de spelerskleuren, 1 kuddefiche, 1 paniekdobbelsteen, 1 ‘terug naar de kudde’ dobbelsteen en één tijdspoor.

SPELBESPREKING

Inleiding

De schaapjes in de kudde zijn wat opgewonden. Vele leden zijn nog nieuw en als de schapen elkaar al kennen, willen ze bij elkaar staan. Dit verandert wanneer Rambo de Ram op het toneel verschijnt. Nu wil iedereen deze stud natuurlijk van dichtbij bekijken. Het wordt terug duwen en trekken in de kudde. Rambo kan al deze aandacht moeilijk verwerken en trapt het af. Plots is het zwarte schaap, euh, het zwarte schaap. In al dit tumult merken de schapen de schapenscheerder veel te laat op, redden wie zich redden kan!

Voorbereiding

Elke speler krijgt een actietableau, 12 wolfiches en een scorepion in zijn kleur. De kuddefiche en de scorepionnen worden in de veewagen op het tijdspoor gezet.
De 8 gekleurde schapen (2 per speler) worden samen met het zwarte schaap in een vierkant van 3 op 3 tegen elkaar gezet.

Spelverloop

De spelers voeren één voor één acties uit die de posities van de schapen in de kudde veranderen. De tijd die deze acties in beslag nemen wordt door de kuddefiche op het tijdspoor bijgehouden. Zo slentert de kudde van de ene naar de andere weide…

Duwen en trekken voor de startpositie.

Aan het begin van het spel gooit elke speler 1 maal de paniekdobbelsteen. Deze dobbelsteen bepaalt welke schaap (kleur) in paniek slaat. De dobbelsteen toont de kleur van het schaap dat moet verplaatst worden. Schapen zijn geen bokken, dus ze springen niet over elkaar. Ze verduwen wel alle schapen die in hun weg staan. Dit kan zowel diagonaal als verticaal als horizontaal.
Toont de paniekdobbelsteen een wit vlak, dan moet elk schaap in de kudde een kwartslag naar links of naar rechts gedraaid worden.

De kudde mixen.

Een speler die aan de beurt is kiest een actie en legt daar vervolgens een wolfiche op. Hij mag deze actie nu nooit meer uitvoeren. Een actie kan een eigen schaap, een ander schaap of de gehele kudde beïnvloeden.Een actie heeft ook tot gevolg dat de kuddefiche 1, 2 of 3 stappen vooruit gezet wordt. Komt de kuddefiche daardoor op een rood vak terecht, dan mag de actieve speler de paniek dobbelsteen gooien en de kudde nog wat hergroeperen.

Verschillende trek en duw mogelijkheden.

Spelers kunnen een eigen schaap verplaatsen in een richting naar keuze, een volledige rij rammen, een diagonaal duwtje verkopen, een eigen schaap naar een aangrenzend vrij veld plaatsen, een hek optrekken en de schapen er laten opdonderen, elk schaap van de kudde een kwartslag draaien of een schaap over een rij laten springen.
Als een schaap niet meer aan de kudde grenst, moet de kudde hergroeperen.

Het doel van al dat trek en duwwerk?

De kudde doorkruist 4 verschillende weiden. In deze weiden kunnen punten verdiend worden. De punten worden geteld na het verplaatsen van de kuddefiche. Bevindt deze fiche zich in de eerste weide dan krijgt de actieve speler 2 punten als zijn schapen horizontaal of verticaal grenzen. Hij krijgt 1 punt als ze diagonaal grenzen.
In de tweede weide zijn 2 telvakken. Komt een fiche daarop terecht dan krijgen alle spelers punten. Rambo de Ram wordt voor de kudde gezet. Elke schaap in de dichtste rij bij Rambo krijgt 4 punten, volgende rijen leveren 3, 2, 1 en nul punten op.
In de derde weide proberen de spelers zo dicht mogelijk bij het zwarte schaap te staan. Horizontaal en verticaal levert dit 2 punten op, diagonaal 1 punt.
De vierde weide bevat terug twee telvakken. De schaapsscheerder wordt voor de kudde geplaatst. De rij die bij een telling het dichtst bij de scheerder staat wordt uit het spel verwijderd. Een schaap in de rij die het verst van de scheerder staat verdient 4 punten. Volgende rijen leveren 3, 2, 1 en 0 punten op.

De winnaar

De punten worden bijgehouden op het telbord. Na de tweede en laatste scheerbeurt eindigt het spel. De speler met de meeste punten wint het spel. Wie zijn twee schapen verloor tijdens het scheren is het zwarte schaap en kan onmogelijk winnen.

SPELBEOORDELING

Paniek in de wei is genomineerd voor de Nederlandse spellenprijs in de categorie kinderen van 8 tot 12 jaar. Nochtans is Paniek in de wei verre van simpel. Keuzes moeten wel degelijk overwogen worden. Niet alleen slinken het aantal mogelijke acties naarmate het spel vordert, ook het bewegen van de kuddefiche is een belangrijk gegeven. Ook daar moet je zorgen voor de nodige manoeuvreerruimte. Plaats je de kuddefiche op een rood veld, dan mag je immers zorgen voor paniek.
Bekijk ook welke acties de tegenstanders nog in het verschiet hebben. Een goed geplande rechtsomkeer van de kudde kan nogal wat roet in het eten gooien. Dan ben jij wel het arme schaap dat gefrustreerd achterblijft.
Toch kan het spel mij niet blijven boeien, daarvoor heb je het hele gebeuren te weinig onder controle. Je ondergaat eerder de gebeurtenissen. Soms gebeurt het ook dat de kudde de eerste weide reeds heeft verlaten vooraleer de vierde speler aan de beurt is geweest. Het spel controleren is onmogelijk.
De schapen zelf zijn prachtig uitgevoerd. (Als je de site van Fragor Games bekijkt, zal je merken dat prachtige uitvoeringen hun specialiteit zijn.) Het overige materiaal steekt daardoor een beetje af tegenover die koddige krullenbollen. Tot daar mijn geblaat over paniek in de wei.