SPELMATERIAAL

• 60 gebouwtegels (3 kleuren genummerd van 1 tot 20),
• 99 kaarten:
• 12 verkavelingskaarten (A tot L)
• 60 gebouwkaarten (3 kleuren genummerd van 1 tot 20)
• 27 personagekaarten
• 125 arbeiders (25 per kleur),
• 10 wisselfiches,
• 12 verkavelingsfiches,
• 5 spelerschermen,
• Puntenfiches in de waarden 1, 3, 5 en 10,
• 15 opzichters,
• 1 startspelerkaart en de spelregels in het Frans.

SPELBESPREKING

Inleiding

Alle spelers helpen aan de bouw van een groene stad. Door hun samenwerking groeit de stad. Gebouwen worden hoger en nieuwe gebouwen worden op lege verkavelingen geplaatst. Iedereen die bijdraagt aan de stad wordt beloond. Uiteindelijk zal slechts 1 iemand de beste zijn.

Voorbereiding

Leg klaar zoals op onderstaande foto. De volgorde van de gebouwen is willekeurig.

Schud de rest van de gebouwtegels en leg ze in enkele stapels gedekt op tafel.
Sorteer de gebouwkaarten naar kleur en leg ze op volgorde. Neem van elke stapel de eerste drie kaarten en voeg daar de verkavelingskaarten aan toe. Dit is de trekstapel, leg hem gedekt op tafel.
Geef elke speler een spelerscherm, arbeiders in één kleur, 2 wisselfiches en een startset personagekaarten. Elke speler plaatst zijn arbeiders voor zijn scherm. De personagekaarten worden eveneens open voor het scherm gelegd.
De rest van het materiaal wordt als voorraad binnen handbereik gelegd.
Elke speler start met een aantal grondstoffen, punten, gebouwtegels. Dit staat links boven aangegeven op de personagekaarten.
Onderstaande personagekaarten leveren de speler 4 arbeiders, 2 punten en 2 tegels op.

De startspeler schud de trekstapel en geeft elke speler 4 kaarten.

Spelverloop

Elke speler neemt zijn 4 kaarten op handen en legt er één gedekt voor zijn scherm. Dit is de kaart waarmee hij straks zijn actie uitvoert. Op deze kaart kan een gebouwtegel gelegd worden. De speler bouwt dan een gebouw. In spelersvolgorde wordt de gekozen actie uitgevoerd. Als alle spelers hun actie uitgevoerd hebben, worden de  overblijvende 3 handkaarten (samen met de startspelerkaart) links doorgegeven. De startspeler geeft elke speler 1 nieuwe kaart , de spelers kiezen terug 1 kaart die ze gedekt voor hun scherm leggen….

Er zijn twee verschillende soorten kaarten; verkavelings – en gebouwkaarten. Deze kan je alleen of samen met een gebouwtegel spelen.
Gebouwkaarten zijn er in 3 kleuren. Verkavelingskaarten hebben een letter die overeenkomt met één van de verkavelingstegels.

Dit geeft in totaal 4 mogelijkheden.

• Een verkavelingskaart spelen: je krijgt ofwel 1 arbeider ofwel 1 gebouwtegel uit de voorraad.
• Een gebouwkaart spelen: je activeert het afgebeelde gebouw. Je krijgt afhankelijk van de kleur van het gebouw ofwel punten (geel) ofwel arbeiders (rood) ofwel tegels (blauw) uit de voorraad. Het niveau van het gebouw bepaalt hoe groot de beloning is. Een geel gebouw niveau 3 levert 3 punten op bijvoorbeeld.
• Een verkavelingskaart + een gebouwtegel: vervang de afgebeelde verkavelingsfiche door jouw gebouwtegel. Leg de fiche aan het nieuwe gebouw. Zet 1 arbeider en 1 opzichter op het gebouw. De gebouwen die horizontaal en verticaal aan het nieuwe gebouw grenzen, worden geactiveerd, je ontvangt de beloning uit de algemene voorraad.
• Een gebouwkaart + een gebouwtegel: leg de gebouwtegel op het afgebeelde gebouw van de gebouwkaart. Eventueel aanwezige vreemde arbeiders keren terug naar hun eigenaar (achter het scherm). Die krijgt er 1 punt per arbeider voor. Op het nieuwe gebouw worden evenveel arbeiders geplaatst als de hoogte van het gebouw samen met 1 opzichter. Als het nieuwe gebouw een andere kleur heeft, moet je een extra arbeider afleggen. Als het nieuwe gebouw een lagere waarde heeft, moet je het verschil in punten bijleggen. De kaart van het gebouw waarop je zopas gebouwd hebt, wordt bij je personagekaarten gelegd. (In de bovenstaande gevallen wordt de kaart op de aflegstapel gelegd!)

De personagekaarten zorgen voor extra beloningen in de vorm van punten, arbeiders of gebouwtegels. Onderaan de kaart staat aangegeven wanneer je de beloning ontvangt.

• Blauw 10: 1 punt per arbeider op een blauw gebouw op het einde van het spel.
• Blauw 8: 1 tegel en 1 punt uit de voorraad telkens je een gebouw op een verkavelingsfiche plaatst.
• Blauw 7: 1 tegel en 1 punt telkens je als actie 1 kaart (zonder gebouwtegel) speelt.
• Blauw 6: 1 tegel uit de voorraad telkens je een gebouw op een gebouw plaatst.
  
  Als tijdens het uitreiken van nieuwe kaarten de trekstapel uitgeput is, wordt een nieuwe trekstapel gevormd. De opzichters worden één voor één terug in de voorraad gezet. De gebouwkaart van het gebouw waarop de opzichter komt, wordt aan de aflegstapel toegevoegd. De aflegstapel wordt geschud en op die manier ontstaat een nieuwe trekstapel.

De winnaar

Het spel eindigt na de ronde waarin een speler zijn laatste arbeider in de stad plaatst. Als tijdens het spel de laatste gebouwtegel getrokken wordt, kan het spel ook eindigen. In dit geval mogen de spelers nog gebouwtegels van achter hun scherm in de voorraad leggen. Ze ontvangen 1 punt per tegel. Er wordt dan verder gespeeld tot de laatste gebouwtegel getrokken wordt. De lopende ronde wordt uitgespeeld.
De spelers tellen hun punten op:

• Punten volgens puntenfiches.
• Punten van gebouwkaarten die voor hun scherm liggen.
• 2 punten voor elke niet gebruikte wisselfiche (kan gebruikt worden om je handkaarten te ruilen).
• Punten voor het meeste arbeiders in een stadswijk:
• Een wijk bestaat uit horizontaal en verticaal aangrenzende tegels van dezelfde kleur. Een geïsoleerde tegel is geen wijk!
• De speler met het meeste arbeiders in een wijk ontvangt 1 punt per aanwezige arbeider.
• De speler met het op één na meeste arbeiders ontvangt 1 punt per eigen arbeider.
• Als je als enige aanwezig bent in de wijk, ontvang je 2 punten per arbeider.

SPELBEOORDELING

In de speldoos van Ginkgopolis steekt heel wat en stevig spelmateriaal. De spelregels zijn er alleen in het Frans wat voor een Belgische uitgever schandalig is! In het begin had ik ook wat moeite met het begrijpen van de spelregels. Het feit dat ik niet zo’n Fransoos ben, zal daar ook wel mee te maken hebben. Gelukkig kon ik op de site van Pearl een video vinden (die wel net iets te lang duurt) met voldoende uitleg.
De meeste spelers hebben een volledig partijtje nodig om de mogelijkheden van Ginkgopolis tenvolle te vatten. De verschillende vormen waarop gebouwen en kaarten geactiveerd worden, worden wel eens door elkaar gehaald. Toch vind ik dat – en nu spreek ik heel wat anderen tegen – heel goed meevallen. Je speelt een kaart of een kaart met een gebouwtegel en voert daarna de afgebeelde actie uit. De moeilijkheid zit hem in het opbouwen van een overwinningsstrategie. Die wordt eigenlijk voor een deel bepaald door je startkaarten. Als je vertrekt vanuit de sterkte van je startset, ben je een stap voor. Het enige waar je altijd voor moet zorgen is dat je voldoende gebouwtegels en arbeiders in voorraad hebt. Er zijn verschillende manieren om punten te verzamelen maar het meeste punten scoor je op het einde. Enerzijds door de verschillende puntenkaarten en anderzijds door het bezetten van grote wijken. Een goed geplaatst gebouw op het einde van het spel kan nog heel wat verandering teweeg brengen. Je kan bijvoorbeeld wijken splitsen of de meerderheid overnemen. Zorg er dus voor dat je op het eind van het spel nog wat mogelijkheden overhoudt!
Het draftsysteem ligt aan de basis van heel wat frustraties. De spelers die dit mechanisme verwensen zijn niet op één hand te tellen. Dit omdat het draften vooruitplannen in de weg staat. Daar ga ik niet mee akkoord. Je krijgt telkens vier kaarten en daar moet je gewoon de beste uit kiezen. Houd je niet te veel bezig met wat de andere spelers met de overige kaarten kunnen doen. Dat heeft helemaal geen zin. Vergroot je opties door voldoende arbeiders, tegels en punten te verzamelen en zit er niet mee in om je hand te wisselen als je helemaal niks zinnig kunt doen. Een gebouwtegel op een gebouw leggen is een cruciale actie. Dit is de enige actie waarmee je extra kaarten kunt verzamelen. Die kaarten zorgen voor extra inkomsten en voor punten op het eind van het spel. Wie weet welke puntenkaarten er in het spel zitten, heeft een groot voordeel.
Het thema is er overduidelijk opgeplakt maar daar stoor ik mij zelden aan. Ginkgopolis bevalt me omdat de verschillende mechanismen goed in balans zijn.
Opmerking: gevorderde spelers kunnen bij het begin van het spel aan de hand van een mechanisme zelf hun startkaarten kiezen. Wie geen vrienden heeft, kan dit ook alleen spelen.