Auteur
|
Dirk Henn |
Uitgever | Queen Games |
Aantal spelers | 3 tot 5 |
Spelduur |
60 – 90 minuten
|
Jaar van uitgave | 2009 |
Prijs | 35.95€ |
Recensie door |
Vandenbogaerde Fabrice
|
Score | 7.5/10 |
Links | Dirk Henn Queen Games |
Bijzonderheden | Is volledig gebaseerd op Alhambra. |
SPELMATERIAAL
De speldoos bevat een spelbord, 6 starttegels, 6 telstenen, 1 markeersteen, 3 overzichtstabellen, 108 geldkaarten in 4 valutasoorten, 54 gebouwen, 3 waarderingskaarten, 1 stoffen buidel, 6 ‘+100’ – tegels en de spelregels in het Engels, Italiaans, Spaans en Nederlands.
SPELBESPREKING
Inleiding
Alhambra maar dan in Granada.
Voorbereiding
Geef elke speler 1 starttegel en 1 telsteen, leg het spelbord centraal. Leg 4 gebouwen op het spelbord.
Stop de gebouwen in de buidel.
Schud de geldkaarten. De spelers trekken geldkaarten tot ze een totaal van 20 of meer hebben. Draai vier geldkaarten open. Maak met de overgebleven geldkaarten 5 gelijke stapels, schud waarderingskaart A door stapel 2 en waarderingskaart B door stapel 4. Leg de 5 stapels terug op elkaar.
De speler met het minste geldkaarten is startspeler.
Het spelbord: links worden de geldkaarten gelegd, rechts de gebouwen.
Spelverloop
Geld nemen…
De speler mag een willekeurige geldkaart uit het aanbod nemen. Hij mag ook meerder kaarten nemen zolang de som van de kaarten niet hoger dan 5 is.
of kopen…
De speler koopt een gebouw. Het spelbord bevat dezelfde kleuren als het geld. Op elke kleur ligt één gebouw. De speler betaalt de prijs van het gebouw in die kleur waarop het gebouw ligt. Wisselgeld bestaat niet!
Zolang een speler gepast kan betalen, mag hij blijven kopen. Hij kan ook een andere actie kiezen.
Daarna moet de speler de verkregen kaartjes bouwen of op het reserveveld leggen. Elke gebouwtegel heeft twee zijden. De speler legt het gebouw dat hij koopt met dezelfde zijde in zijn Granada. Hij mag het gebouw omdraaien als hij daarvoor 3 in eender welke valuta betaalt. Er gelden enkele bouwregels.
- Alle gebouwen moeten in dezelde richting liggen.
- Alleen tegels met dezelfde rand (met of zonder gracht) mogen grenzen.
- Vanaf de starttegel moet elk gebouw bereikbaar zijn zonder over een gracht te moeten springen.
- Elke nieuwe tegel moet met minstens één rand aan een andere tegel grenzen.
- Er mogen geen gaten ontstaan.
De 9 gebouwen soorten en een ‘+100’-fiche. De kleur van die op de achterkant van de kaartjes staat, zie je in de vlagjes.
…of verbouwen.
De speler kan nu een gebouw van het reserveveld bouwen, een stuk van zijn Granada afbreken en op het reserveveld leggen of een reservedeel omwisselen met een deel uit zijn Granada.
Na je beurt, worden geld en gebouwen aangevuld. Gebouwen worden uit de zak getrokken tot er terug 4 op het spelbord liggen. De eerste keer worden ze met de even kant naar boven op het spelbord gelegd, de tweede keer met de oneven kant, de derde keer terug even, enz… Dit wordt aangegeven door de markeersteen.
De winnaar
Tijdens het spel zijn er 2 waarderingen als de waarderingskaarten uit de stapel geld getrokken worden. Er is ook een eindtelling. Het spel eindigt als de bouwplaats niet meer aangevuld kan worden. De gebouwen op het spelbord kunnen nog gekocht worden door de spelers met het meeste geld in de overeenkomstige kleur. Daarna volgt de eindtelling.
Bij de eerste telling krijgt de speler die het meeste gebouwen van een type bezit, evenveel punten als het aantal gebouwen die van dit type door alle spelers gebouwd zijn.
Bij de tweede telling krijgt de speler met het meeste gebouwen van een type dubbel zoveel punten als het aantal gebouwen die van dit type die door alle spelers gebouwd zijn. De tweede in rang krijgt evenveel punten als het aantal gebouwen van dit type.
Bij de eindtelling worden de punten voor de eerste verdriedubbeld, die voor de tweede verdubbeld en ook de derde krijgt punten.
Bij gelijkstand gaan de punten naar de speler met het duurste gebouw van dit type.
De punten worden bijgehouden op het puntenspoor. De speler met het meeste punten wint het spel.
Als er kinderen meespelen, kan gebruik gemaakt worden van de eenvoudige waardering waarbij elke meerderheid een vast aantal punten oplevert.
Gewone telling, eenvoudige telling en achterkant van de kaartjes.
SPELBEOORDELING
Granada lijkt voor 95% op Alhambra. De verschillen zitten hem in de uitvoering en de telling. De rest is identiek. Tijdens het spelen van Granada had ik enkele gedachten en opmerkingen die ik graag met jullie deel.
- Alhambra is origineel wat van Granada dus niet meer gezegd kan worden.
- Granada is competitiever. In Alhambra worden de punten gedeeld bij gelijkstand, in Granada loopt de bezitter van het duurste gebouw met de punten weg. Dure gebouwen zijn daardoor meer dan interessant.
- Granada is sluwer omdat elk gebouw dat je koopt ook punten oplevert voor de tegenstrever. In Alhambra staat de waarde van de gebouwen op voorhand vast.
- Granada is iets tactischer omdat je telkens keuze hebt uit 2 kleuren. Niet gepast betalen, loont dikwijls de moeite omdat één tegel echt wel het verschil kan maken. Het gebruik van het reserveveld in Granada is ook iets zinvoller, je hoeft de kosten voor het draaien dan niet te betalen.
- Granada is iets minder overzichtelijk. Er zijn 9 in plaats van 6 verschillende kleuren gebouwen. Het geheel overzien, is vooral in een spel met 4 of 5 onbegonnen werk. Het geschuif met de zwarte steen van even naar oneven naar even naar oneven, wordt wel eens vergeten.
- In Granada steekt een veel te groot spelbord. Het Granada van de spelers wordt groter en groter, er moet dikwijls met het spelbord geschoven worden zodat iedereen voldoende plaats heeft om te bouwen.
- Granada is maar liefst 10€ duurder dan Alhambra!
Alhambra en Granada zijn net geen identieke tweeling. Ik denk niet dat het de moeite loont beiden in huis te halen. De leukste verandering is zonder meer de nieuwe manier waarop geteld wordt. Dit systeem kan je ook perfect toepassen op Alhambra. Granada had eigenlijk een uitbreiding kunnen (en moeten?) zijn. Voor 35€ zou ik mij een origineler spel in huis halen. Bezit je Alhambra niet, dan zal de aankoop van Granada je geen spijt berokkenen.
Juni 2010