Auteur | Leo Colovini |
Uitgever | 999 Games |
Aantal spelers | 2 tot 4 |
Spelduur | 45 – 60 minuten |
Jaar van uitgave | 2006 |
Prijs | 30.45€ |
Recensie door | Vandenbogaerde Fabrice |
Score | 7.5/10 |
Links | 999 Games Leo Colovini Online spelen |
SPELMATERIAAL
30 houten torens in 3 kleuren, 60 houten huizen in 5 kleuren, 15 houten paleizen in 5 kleuren, 33 houten muren, 8 scorepionnen, 3 dobbelstenen en 60 gildekaarten zitten netjes in de doos opgeborgen. Het materiaal is degelijk en afgewerkt.
SPELBESPREKING
Inleiding
Gezamenlijk bouwen de speler aan een aantal steden. Elk apart bezitten ze een aantal kaarten die aangeven welke voorzieningen voordelen (lees punten) opleveren. Bij de afwerking van een stad mogen de spelers maximum 2 van die kaarten inzetten. Wie het meest kan profiteren van het werk van anderen en zijn kaarten het slimst inzet, doet de beste zaken.
Voorbereiding
Het spelbord wordt in het midden gelegd en de gildekaarten worden geschud. Elke speler krijgt 2 scorepionnen in één kleur. Eén ervan wordt op het scorespoor gezet, de andere wordt voor de speler geplaatst.
Elke speler ontvangt 6 gildekaarten.
Spelverloop
Het spelbord is opgebouwd uit vakken. Deze vakken zijn omgrensd door lijnen. Deze lijnen zijn op hun beurt begrensd door cirkels. Verder is het spelbord opgedeeld in drie regio’s. Om beurt overlopen de spelers onderstaande acties.
Bouwen van een muur.
Aan het begin van zijn beurt moet een speler een muurdeel op het spelbord plaatsen. Muren worden op de lijnen geplaatst. Een muur mag overal op een vrije locatie gebouwd worden. Muren mogen niet in afgewerkte steden gezet worden.
Verdere afwerking.
Na het bouwen van de muur, bouwt de speler eventueel nog één of twee torens en twee huizen. De vrije plaatsen (cirkels) aan de zonet gebouwde muur geven aan hoeveel torens gebouwd mogen worden. Een dobbelsteen heeft de kleur van één van die torens aan. De kleur van de (eventueel) andere toren is vrij.
Twee huizendobbelstenen geven aan welke huizen de speler moet bouwen. Aan beide zijden van de zonet gebouwde muur moet hij juist één huis bouwen. Staat de muur aan de rand van het spelbord, dan kiest de speler welke dobbelsteen hij gebruikt.
Afgebouwde steden en puntentellingen.
Als één of meerdere vakken volledig door muren begrensd zijn, volgt er een puntentelling. Voor het gemak worden huizen van dezelfde kleur bij elkaar geplaatst. Twee huizen worden vervangen door een paleis. Als de zonet afgebouwde stad grenst aan een andere reeds afgebouwde stad mag de actieve speler die twee steden verbinden. Grenst de stad aan meerdere afgebouwde steden dan mag slechts één van die steden met de zonet afgebouwde stad verbonden worden. Alle vrijstaande torens en muren in de stad worden verwijderd.
Daarna moeten alle spelers, te beginnen met de actieve speler, gildekaarten spelen. Je kan er voor kiezen één of twee kaarten open te spelen en direct punten te ontvangen (daarna trek je één kaart) of je kan 1 kaart gedekt wegleggen en twee nieuwe kaarten trekken.
De speler(s) die na de telling het minste punten bezit(ten) mogen naar believen gildekaarten ruilen met de trekstapel.
Enkele gildekaarten: (van links naar rechts.)
- Voor elk huis in het aangegeven gebied, scoort de speler 1 punt. Deze huizen mogen niet in een afgewerkte stad staan.
- Voor elke grijze toren die zich in de zonet afgebouwde stad bevindt, ontvang je 2 punten.
- Bestaat de zonet afgebouwde stad uit juist 1 veld, dan ontvang je 6 punten.
- Voor elk rood huis dat niet in een stad staat ontvang je 1 punt.
De winnaar
Het spel eindigt als de laatste muur, de laatste toren, het laatste huis of het laatste paleis gebouwd is. Als daarmee een stad werd afgebouwd, volgt nog een gewone telling. Is dat niet het geval, dan volgt nog een telling waarbij elke speler een stad mag aanduiden die als net afgewerkt geldt. De speler met de meeste punten wint.
SPELBEOORDELING
Castello is een aanrader voor elke speler die houdt van complexloze, vlug aan te leren en te spelen spelletjes, waarbij geluk zeker niet afwezig is.
Ben je een controlefreak en haat je de aanwezigheid van een geluksfactor in een spel, dan kies je beter een ander spel.
Winst en verlies worden bepaald door het tijdstip waarop je uw gildekaartjes uitspeelt. Bepaalde kaartjes leveren naarmate het spel vordert steeds minder punten op, terwijl andere dan juist veel punten kunnen opleveren. Je moet dus een beetje geluk hebben met het tijdstip waarop je bepaalde kaartjes trekt. Je kan er wel voor kiezen kaartjes gesloten te spelen, maar dan win je helemaal geen punten. Je hebt dan wel een kaartje meer, maar wie zegt dat deze kaartjes wel goed zullen zijn. De laatste speler mag kaartjes ruilen, maar ook op de voorlaatste plaats is het niet zo leuk vertoeven en dan mag je geen kaartjes ruilen. Het zou dan ook zonde zijn u naar de laatste plaats te laten zakken om toch maar kaartjes te mogen ruilen.
Dit aspect zorgt ervoor dat veelspelers en liefhebbers van tactische spellen niet zo’n hoge pet ophebben van Castello. Ben je een liefhebber van luchtige en vlugge spellen, dan zou Castello wel eens in de smaak kunnen vallen.
Juli 2007