SPELMATERIAAL

De speldoos bevat meer dan voldoende plaats voor 100 huizen (20 per kleur), 28 bouwfiches, 1 markeersteen, 5 pilaren, 15 actiekaarten, 5 ruilkaarten en 100 bouwkaarten (25 per soort).
Het spelmateriaal is van hoge kwaliteit, bovendien oogt het geheel leuk en mooi.

SPELBESPREKING

Inleiding

Alle spelers bouwen tesamen aan 8 wereldwonderen. Iedere speler probeert daarbij zoveel mogelijk bouwelementen bij te dragen en zoveel mogelijk bouwfiches te verzamelen.

Voorbereiding

Het spelbord wordt in het midden van de tafel gelegd. De actiekaarten en de bouwkaarten worden geschud en vormen 2 gedekte stapels.
De bouwfiches worden geschud. Op elk bouwveld van het spelbord wordt één fiche gelegd.
Elke speler ontvangt een pilaar en 20 huizen in zijn kleur. De spelers krijgen eveneens 1 ruilkaart en 4 bouwkaarten.

Spelverloop

Als een speler aan de beurt is kan hij ofwel passen ofwel bouwen. De spelersvolgorde wordt aan de hand van de pilaren bijgehouden.

Passen.

Een speler die past, trekt één kaart van de stapel bouwkaarten. Daarna trekken alle spelers, dus ook de speler die gepast heeft, één kaart.

Bouwen.

• Plaats jouw pilaar op een wereldwonder en leg er één van de aanwezige fiches op. De fiches bepalen welke bouwkaarten nodig zijn om te kunnen bouwen.
  Enkele bouwfiches.
  
• Nadat de keuze bekend is, mogen alle andere spelers gedekt een aantal kaarten op tafel leggen. Het spreekt vanzelf dat je niet meer kaarten mag leggen dan de bouwfiche aangeeft. De ruilkaart mag ook gespeeld worden. Daarna draaien alle spelers hun aanbod open. Bouwkaarten in de verkeerde kleur worden direct verwijderd.
  De verschillende bouwkaarten (rechts de achterkant).
  
• Daarna kiest de actieve speler of hij geen, één of meerdere spelers laat meebouwen. Hij moet hun volledige bod aanvaarden en mag slechts één speler met een ruilkaart kiezen.
• Na het kiezen worden evenveel bouwkaarten als de bouwfiche aangeeft afgelegd. Per afgelegde bouwkaart mag een huis of het wonder gezet worden.
• Als de actieve speler een speler gekozen heeft met een ruilkaart, krijgt de speler met de ruilkaart de bouwfiche. In ruil daarvoor krijgt de actieve speler de bouwkaarten (waardoor hij meer huizen zal kunnen zetten) van de speler met de ruilkaart.
• Na het bouwen trekken alle spelers een kaart van de stapel bouwkaarten.

Punten verdienen.

• De actieve speler en de gekozen speler(s) leggen hun bouwkaarten op de aflegstapel. Alle andere spelers krijgen 1 punt per kaart van de goede soort en mogen die terug op handen nemen.
• Een wonder wordt geëvalueerd als het laatste bouwfiche bij dit wonder is toegekend. De markeersteen heeft de waarde van het wonder aan. De speler met het meeste huizen (lees bouwelementen) ontvangt het meeste punten. De speler met de op één na meeste huizen ontvangt de tweede hoogste waarde aan overwinningspunten en alle andere spelers met minstens één huis ontvangen de laagste score. Bij gelijkstand krijgen beide spelers de punten van de lagere rang. Daarna wordt de markeersteen één veld naar beneden geschoven.
  Puntentabel voor wonder.
  
• Uitbreiding: de speler die de laatste fiche bij een wonder krijgt, mag ook een actiekaart trekken.
  De verschillende actiekaarten van links naar rechts: 5 punten, 3 kaarten trekken, 1 extra beurt, joker, 1 punt per fiche, 3 extra punten als je alleen bouwt.
  

De winnaar

Het spel eindigt als van één soort alle bouwfiches weg zijn. Alle onafgewerkte wonderen worden nog geteld en de spelers ontvangen nog punten van hun fiches. De speler met het meeste punten wint.
Puntentabel voor fiches.

SPELBEOORDELING

Met het Achtste Wereldwonder haal je een echte Knizia in huis. Typisch aan de spellen van deze auteur is dat je met een minimum aan spelregels een maximum aan mogelijkheden hebt. Een beurt bestaat er in te passen of te bouwen wat heel simpel is.
De mogelijkheden daarentegen zijn iets uitdagender. Als je bouwt heb je keuzes uit verschillende fiches. Bovendien moet je kiezen of je alleen bouwt of hulp aanvaart. Daarbovenop kan het zijn dat je ook ruilfiches in gedachten moet houden. Een wonder te vlug afwerken, levert weinig punten op (maar dat kan natuurlijk ook de bedoeling zijn), hetzelfde geldt als een wonder niet afgewerkt wordt. Fiches kunnen veel punten opleveren maar leveren misschien een gebrek aan huizen op. Ook als je niet aan de beurt bent, moet je bij de pinken zijn. Het bod dat je op tafel legt, kan immers heel wat voordelen opleveren. Een ruilkaart kan een extra fiche betekenen. Word je als helper gekozen dan scoor je wat huizen en je verdient punten als de actieve speler je links laat liggen. 5 kaarten passende kaarten aanbieden als er maar 5 gevraagd worden, probeer het maar eens!
Ik raad het trekken van een bouwkaart na elke beurt af als er 5 architecten rond de tafel zitten. Elke speler krijgt dan 5 kaarten voor hij terug aan de beurt is wat passen vrij zinloos maakt.
De actiekaarten bieden niet echt een meerwaarde. Als variatie kunnen ze handig zijn, speltechnisch verhogen ze naar mijn mening alleen de geluksfactor. Nu ja, ze zitten erbij, je doet er mee wat je zelf wenst.
Alhoewel ik het wat prijzig vind kan ‘Het achtste Wereldwonder’ toch op mijn sympathie rekenen